Hoofd Kenniscentrum Van Lanschot
Prinsjesdag 2021: dit verandert er voor ondernemingen met aandelenoptieregelingen
Veel startende of uitbreidende ondernemingen gebruiken aandelenoptieregelingen als beloningsbestanddeel om gekwalificeerde werknemers aan te trekken. Maar bij dit soort regelingen is het vaak een probleem dat de werknemers na uitoefening van de optieregeling geen liquiditeiten hebben om de belasting te kunnen betalen.
Het kabinet wil werknemers nu de keuze geven wanneer belasting wordt geheven over de aandelenopties. De nieuwe regeling is overigens niet beperkt tot werknemers van startende ondernemingen. Het geldt voor alle ondernemingen, ook beursgenoteerde bedrijven.
Hoe ziet de huidige regeling eruit?
Bij aandelenoptierechten krijgen werknemers het recht om aandelen in het bedrijf te kopen tegen een vooraf vastgestelde prijs (uitoefenprijs). Werknemers moeten over die aandelenopties wel belasting betalen: het is namelijk een vorm van loon.
Werknemer kan belasting vaak niet direct betalen
In de huidige regeling wordt belasting geheven als de werknemer de optie uitoefent en deze omzet in aandelen. Het nadeel van dit heffingsmoment is dat werknemers direct belasting moeten betalen. Dit kan een probleem zijn, omdat ze de aandelen soms nog niet mogen verkopen vanwege een contractuele beperking of omdat ze niet voldoende geld hebben om de belasting te betalen.
Wat verandert er?
Vanaf 1 januari 2022 kan de werknemer kiezen wanneer belasting wordt geheven:
- op het moment waarop de aandelen verhandelbaar zijn. De werknemer heeft dan de mogelijkheid (een deel van) de aandelen te verkopen waarmee de belasting kan worden betaald.
- op het moment dat de opties worden omgezet in aandelen (zoals het nu is).
Aandelen zijn bijvoorbeeld verhandelbaar op het moment dat het bedrijf aan de beurs genoteerd is of naar de beurs gaat. Of wanneer een eventuele contractbeperking afloopt, die werknemer en werkgever hebben afgesproken. De aandelen mogen dan worden verkocht.
Er geldt een uitzondering als het bedrijf naar de beurs gaat of al beursgenoteerd is en de werknemer toch een contractuele beperking heeft om deze aandelen te verkopen. Dan mag de heffing maximaal vijf jaar na uitoefening van het optierecht worden uitgesteld.
Als er tijdens de niet-verhandelbare periode dividend op de aandelen wordt uitgekeerd, is er geen keuze en moet de werknemer hier direct belasting over betalen.
Klik op de afbeelding om hem te vergroten.
Als de Eerste en Tweede Kamer akkoord gaan, treedt het Belastingplan 2022 per 1 januari 2022 in werking. Wilt u weten wat de wijzigingen voor u persoonlijk betekenen? Neemt u dan contact op met uw private banker.
Geschreven naar de stand van zaken op 22 september 2021.
- Bent u DGA? Lees dan onze blog ‘Prinsjesdag 2021: vijf belangrijke veranderingen voor de DGA’.
- Bent u een vermogende particulier? Lees dan onze blog ‘Prinsjesdag 2021: vijf aandachtspunten voor vermogende particulieren’.