Hoofd Kenniscentrum Van Lanschot
Belastingplan 2019 aangenomen in Tweede Kamer
1. Dividendbelasting toch niet afgeschaft
Het oorspronkelijke voorstel om de dividendbelasting af te schaffen is weer ingetrokken na het besluit van Unilever om zijn hoofdkantoor niet naar Nederland te verplaatsen. De dividendbelasting blijft dus 15%. Met de afschaffing van de dividendbelasting was circa € 1,9 miljard gemoeid. Het vrijgekomen bedrag wordt volledig ingezet om het vestigingsklimaat voor ondernemingen te verbeteren.2. Verdere verlaging tarief Vennootschapsbelasting
Ter verbetering van het vestigingsklimaat wordt het tarief voor de Vennootschapsbelasting (Vpb) stapsgewijs tot 2021 verder verlaagd. Het tarief voor winsten tot € 200.000 daalt naar 15% (in plaats van 16%) in 2021. Voor winsten boven € 200.000 gaat het tarief naar 20,5% in plaats van 22,25%.Het was de vraag of door de extra verlaging van de Vpb het box 2-tarief niet extra omhoog moest, om zo het globale evenwicht in stand te houden tussen ondernemers die inkomstenbelasting betalen (zoals zelfstandigen en zzp’ers) en ondernemers die de BV-vorm gebruiken. Daar is uiteindelijk niet voor gekozen. De verhoging van het box 2-tarief blijft beperkt tot 26,9%.
Nu volgen het debat en de stemming in de Eerste Kamer over deze wetsvoorstellen
3. Veranderingen omtrent FBI’s gaan niet door
Nederlandse beleggingsfondsen hebben vaak de status van Fiscale
Beleggingsinstelling (FBI). Daardoor is hun rendement vrijgesteld van
Vennootschapsbelasting. Een van de voorwaarden voor die vrijstelling is
dat het fonds het gerealiseerde rendement moet uitkeren aan de
participanten, onder inhouding van 15% dividendbelasting.
Met de voorgenomen afschaffing van de dividendbelasting zou het voor
FBI’s niet meer mogelijk zijn om direct te beleggen in Nederlands
vastgoed. De fiscus wil namelijk niet dat buitenlandse beleggers
volledig onbelast kunnen beleggen in Nederlands vastgoed. Omdat de
dividendbelasting toch niet wordt afgeschaft, is deze maatregel ook van
de baan. Ook voor Nederlandse beleggers in FBI’s is dit een gunstige
ontwikkeling.
Nu is de Eerste Kamer aan zet. Deze kan theoretisch geen wijzigingen
meer aanbrengen en alleen ‘ja’ of ‘nee’ zeggen. Het debat over de
wetsvoorstellen van het Belastingplan 2019 is in de tweede week van
december. De stemmingen hierover volgen in de week daarop. Pas daarna
kunnen we definitief zeggen wat er wel of niet zal worden doorgevoerd.
Geschreven naar de stand van zaken op 16 november 2018.
Welke route nemen de plannen?
Op Prinsjesdag gaat de minister van Financiën, nadat koning Willem-Alexander de troonrede heeft voorgelezen, met het beroemde koffertje naar de Tweede Kamer met daarin het Belastingplan.
Daarop volgen de welbekende Algemene Politieke Beschouwingen, waarin
de fractievoorzitters namens hun partijen duidelijk maken of zij het
eens zijn met de plannen. Zij kunnen bezwaren indienen en om
aanpassingen vragen.
Hoofd Kenniscentrum Van Lanschot