Beleggers iets optimistischer over de Amerikaanse economie

  1. Inspiratie
  2. Beleggen
  3. Beleggers iets optimistischer over de Amerikaanse economie

Beleggers iets optimistischer over de Amerikaanse economie

15 augustus 2022
Over het optimisme van beleggers voor Europa fronsen we de wenkbrauwen.

Over het optimisme van beleggers voor Europa fronsen we de wenkbrauwen.

 

In het kort:

  • Meevallende Amerikaanse inflatiecijfers zorgen voor optimisme
  • Desondanks is de kern-inflatie in de VS op jaarbasis nog steeds bijna 6%
  • In Europa is onzekerheid groter en zijn renteverhogingen pas net gestart

In de VS was het afgelopen week niet alleen de consumentenprijzenindex (CPI) die suggereerde dat de inflatiedruk begint af te nemen. Eenzelfde signaal gaven de producentenprijzen (PPI). Exclusief voeding en energie lagen de groothandelsprijzen in juli 0,2% hoger dan de maand ervoor. Sinds oktober 2020 is de toename maand-op-maand niet meer zo gematigd geweest.

Een en ander is ook in lijn met eerdere cijfers van de inkoopmanagersindices (PMI). Die gaven al aan dat de verstoringen van productie- en transportketens langzaam verdwijnen. Waardoor de druk op prijzen en tarieven afneemt. Daarnaast komt de vraagzijde van de economie meer in evenwicht: er is minder vraag naar goederen en meer naar diensten. Het vooruitzicht van dit herstel na de pandemie was in 2021 een van de redenen om de toenmalige inflatie als een tijdelijk fenomeen te zien. Die tijdelijkheid sleept langer aan dan verwacht, om het zacht uit te drukken. Maar uiteindelijk heeft de normalisering van de vraag nu wel degelijk een dempend prijseffect.

 

De inflatie-beer is nog niet verslagen

Deze week mogen we de notulen van de recentste bijeenkomst van de Fed lezen, de Amerikaanse centrale bank. Een bijeenkomst waar de centrale bankiers besloten om de beleidsrente voor de tweede keer op rij met 75 basispunten op te trekken. Door de  meevallende inflatiesignalen is de kans kleiner geworden dat we eind september opnieuw zo’n rentestap zullen zien. Maar toch moeten we opletten dat we het vel van de inflatie-beer niet verkopen voordat hij geschoten is. 

Zo stipte Fed-voorzitter Jerome Powell al vaker aan dat hij een overtuigende reeks data wil zien, die aantoont dat de inflatie onder controle komt. En ondanks de zachtere prijsstijging nu tikt de kern-inflatie op jaarbasis nog steeds bijna 6% aan. Met bovendien een belangrijke bijdrage van de woonkosten. Die maken ongeveer 40% van de kern-inflatie uit en prijstrends in deze markt keren niet zo makkelijk om. De komende dagen krijgen we een reeks nieuwe cijfers over de Amerikaanse woningmarkt: bouwvergunningen, vertrouwen bij huizenbouwers (NAHB), verkooptransacties en nieuwe woningbouw.

 

Consumentenvertrouwen herstelt

Verder op de macro-agenda de Amerikaanse industriële productie en detailhandelsverkopen van de maand juli.

Het vertrouwen bij de Amerikaanse consument lijkt te herstellen. De barometer van de University of Michigan veerde op van 51,5 naar 55,1. Wellicht zorgde de lagere benzineprijs, een daling van $ 1 voor een gallon (3,79 liter), voor meer optimisme. Ondanks deze kleine opleving blijft het absolute niveau van dat vertrouwen voorlopig op een historisch laag niveau. Toch zouden de kleinhandelsverkopen per saldo beter kunnen uitkomen dan de 0,2% (maand-op-maand) waar de meeste analisten vanuit gaan. Verder komen er uit de industrie de eerste indicaties hoe de maand augustus is verlopen. De Empire State- en de Philly Fed-indices geven een beeld hoe de industrie er bij staat in de regio’s New York en Philadelphia. Ook hier zullen lagere prijzen en minder aanvoerproblemen een positievere bijdrage leveren. Wij zijn vooral nieuwsgierig hoe fabrikanten de toekomstperspectieven beoordelen.

 

Degelijke aandelenmarkten

Ondertussen kenden de aandelenmarkten een degelijke week. In de VS steeg de MSCI USA met 3,3%. Europese aandelen (MSCI Europe) schreven 1,1% bij.

Beleggers verwelkomden vooral de meevallende Amerikaanse inflatiecijfers. Een voortzetting van deze trend impliceert dat de Fed niet nóg harder op de monetaire rem moet dan ze nu al van plan is. En dat verkleint de kans dat de Amerikaanse economie in een recessie belandt.

Deze redenering van beleggers wordt nog duidelijker geïllustreerd als we de rentemarkt erbij nemen. Begin vorige week was de rentecurve in de VS nog even invers: de tweejaarsrente lag hoger dan de tienjaarsrente. Vaak wordt dit beschouwd als een waarschuwing dat er een recessie aankomt vanwege aangescherpt monetair beleid.

 

Na de inflatiecijfers kantelden de rentecurves

 

Na de inflatiecijfers kantelden de curves echter. De lange rente ging de week iets hoger uit, de korte rente iets lager. Het eerste duidt op economisch optimisme bij beleggers, het tweede op de verwachting van diezelfde beleggers dat de centrale bank niet zal overdrijven met het optrekken van de rente.

Nu valt met name voor de nuancering van het risico op een recessie in de VS iets te zeggen. Kijk maar naar de méér dan stevige arbeidsmarkt. Opmerkelijk was echter dat de Europese (Duitse) curve een gelijk patroon vertoonde. Terwijl de Europese Centrale Bank (ECB) nog maar net begonnen is met het optrekken van de rente, Europese gasprijzen een veelvoud zijn van de Amerikaanse en het economisch plaatje voor aankomende winter een groot vraagteken is.

Nu is het wél zo dat de recentste berichten over de Europese gasvoorraden bemoedigend zijn. Gemiddeld zouden de opslagtanks voor 71% gevuld zijn. Maar of we de beoogde 85% halen, blijft onzeker. En zelfs als we dat halen, dan nog is het de vraag tegen welke prijs.

Slotsom: dat het optimisme over een ‘zachte landing’ van de Amerikaanse economie wat is toegenomen, kunnen we nog enigszins begrijpen. Maar voor Europa fronsen we toch de wenkbrauwen.

 

Renteverlagingen in China

De Chinese centrale bank (PBOC) trapt deze week af met een reeks renteverlagingen. In een poging de economische motor een versnelling hoger te schakelen. Na de afbouw van de Covid-lockdowns begin juni, zwakt het momentum in de Chinese economie alweer af. Dat zagen we vanochtend weer bij de matige groei van de detailhandelsverkopen in juli: 2,7% (jaar-op-jaar) waar 4,9% verwacht werd. En we zagen het bij de industriële productie in juli, die met 3,8% (jaar-op-jaar) eveneens achterbleef bij de 4,3% die analisten voorzagen.

Tot nu toe zijn Chinese beleidsmakers tamelijk terughoudend geweest met stimulerende maatregelen. Nu vindt de PBOC het blijkbaar tijd om een tandje bij te steken. Of het veel uithaalt, is afwachten.

Onderliggend zijn de structurele problemen in de vastgoedsector en de aanhoudende onzekerheden door het zero-Covid-beleid belangrijke boosdoeners. Een iets lagere beleidsrente kan aan dat laatste bijvoorbeeld weinig verhelpen. Er moet simpelweg meer vertrouwen komen om te investeren en te consumeren in China. De huidige geopolitieke onrust en de afzwakkende economische groei in de Westerse economieën dragen daar niet positief aan bij.

 

 

Belangrijke macro-economische publicaties

Van 15 augustus tot

en met 19 augustus

Publicatiedag

Regio

Publicatie van

Periode

Consensus

Maandag

VS

NAHB-index

Aug

58,0

 

China

Detailhandelsverkopen YoY

Jul

4,9%

 

 

Industriële productie YoY

Jul

4,3%

Dinsdag

VS

Bouwvergunningen MoM

Jul

-1,2%

 

 

In aanbouw genomen woningen MoM

Jul

1,0%

 

 

Industriële productie MoM

Jul

0,1%

 

Duitsland

ZEW-index

Aug

56,9

Woensdag

VS

Detailhandelsverkopen MoM

Jul

0,2%

 

Eurozone

BBP YoY (2de schatting)

2Q22

0,7%

Donderdag

VS

Woningverkoop MoM

Jul

-0,5%

 


Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot

Auth platform tracking pixel Login page tracking pixel