Aandelen veren op, maar onzekerheid blijft

Luc Aben
Luc Aben
Hoofdeconoom
  1. Inspiratie
  2. Beleggen
  3. Aandelen veren op maar onzekerheid blijft

Aandelen veren op, maar onzekerheid blijft

01 augustus 2022
Amerikaanse economie koelt af, de Europese deed het verrassend goed.

Amerikaanse economie koelt af, de Europese deed het verrassend goed.

 

In het kort:

  • Voorlopig geen recessie in de VS, maar economische risico’s nemen toe
  • Bedrijfsresultaten tweede kwartaal sterk, verwachtingen vallen tot dusver mee
  • Amerikaans banenmarktrapport belangrijke blikvanger op vrijdag

Zit de Amerikaanse economie nu wel of niet in een recessie? De twee opeenvolgende kwartalen van negatieve groei (-0,4% in het eerste en -0,2% in het tweede kwartaal) suggereren van wel. Maar dit is slechts een vuistregel. Officiële recessies worden vastgesteld door het National Bureau of Economic Research (NBER). En daar kijkt men naar héél veel behalve naar het groeicijfer.

Het NBER kijkt naar onderliggende data, zoals inkomens, detailhandelsverkopen en de industriële productie. Nu, ontegenzeggelijk koelen al deze elementen af. Maar om dat onmiddellijk een recessie te noemen, gaat een brug te ver. Althans, voorlopig.

Zo associëren we recessies met oplopende werkloosheid. Daarvan is nog geen sprake, hoewel de nieuwe wekelijkse aanvragen voor een werkloosheidsuitkering oplopen. Medio maart vroegen 166.000 mensen een uitkering aan, nu zijn dat er wekelijks 256.000. De arbeidsmarkt groeit hiermee - gelukkig - iets minder hard. Bij zo’n 325.000 aanvragen ligt ongeveer de grens van groei en krimp.

 

De Amerikaanse arbeidsmarkt groeit gelukkig iets minder hard

 

Oké, de arbeidsmarkt reageert altijd met vertraging op een verandering van het economische klimaat. Zowel in positieve als in negatieve zin. Maar de Amerikaanse arbeidsmarkt blijft vooralsnog groeien, zoals het arbeidsmarktrapport over de maand juli zal aantonen. We verwachten dat dit rapport komende vrijdag melding maakt van tussen de 250.000 en 300.000 nieuwe banen.

Door de inflatiebril kijken we met bijzondere aandacht naar de loonontwikkeling. Als het gemiddelde uurloon weer wat momentum verliest, zoals dat sinds de lente het geval is, kunnen beleggers daar positief op reageren. Maar of het de Amerikaanse centrale bank, de Federal Reserve (Fed) op andere gedachten zal brengen, is dan weer twijfelachtig. Afgelopen vrijdag kwam de Employment Cost Index in het tweede kwartaal licht hoger uit dan verwacht en deze index is een betere indicator voor de onderliggende loondruk dan het gemiddelde uurloon.  

 

Risico’s nemen toe

Voorlopig dus geen ‘recessie’ in de VS, maar dat wil niet zeggen dat de economische risico’s niet toenemen. Dat bleek bijvoorbeeld al uit de recentste PMI-inkoopmanagersindices. Voor de industrie viel deze vertrouwensscore nog wel mee. Vanmiddag verwachten we de ISM Manufacturing (de index van de voorraadbeheerders), die dat beeld zal bevestigen.

Het is vooral de Amerikaanse dienstensector die het moeilijker lijkt te krijgen. De PMI viel daar terug tot 47 en dat wijst op een krimp. Ook voor de ISM Non-Manufacturing (publicatie op donderdag) gaan we uit van een scherpe terugval. Scherper dan waar analisten vanuit gaan. De inflatie laat zich voelen.

 

Europa doet het voorlopig goed

De Europese economie deed het in het tweede kwartaal verrassend goed. Tegenover de eerste drie maanden nam het economisch volume met 0,7% toe. Fors boven verwachting.

Vooral Spanje en Italië verrasten in positieve zin. Met een bijdrage van het heroplevende toerisme. De Duitse economie hapert dan weer. Om de bekende redenen: hoge energieprijzen en nog steeds verstoorde internationale productie- en transportketens, die de export bemoeilijken. 

 

Spanje en Italië verrasten in positieve zin, Duitse economie hapert

 

Hoe dan ook, het beter dan verwachte Europese cijfer betekent niet dat de zorgen voor de tweede jaarhelft van de baan zijn. Inflatie, een hogere rente vanuit de Europese Centrale Bank en natuurlijk de besognes rond de energiebevoorrading blijven wolken boven het economische landschap.

Overmorgen krijgen we de Europese detailhandelsverkopen in de maand juni. Onze verwachtingen zijn laag gespannen. Wellicht weerspiegelen ze de impact van de inflatie en het gekelderde consumentenvertrouwen.

 

Matig China

Vanuit China kregen we vanochtend het Caixin Manufacturing PMI-indexcijfer van de maand juli voorgeschoteld. Die ontgoochelde met een daling van 51,7 naar 50,4. Voor de index uit de dienstensector verwachten we komende woensdag een lichte toename, met dank aan de afgebouwde Covid-maatregelen. Maar de vraagtekens rond de groei van de Chinese economie blijven groot. 

Afgelopen week erkende het Politbureau dat ook. Om de economie te ondersteunen wordt vooral gekeken naar lokale overheden. Die hebben daar echter niet langer de middelen voor. Plannen die het voor hen mogelijk moeten maken om méér te lenen, blijven vooralsnog vaag. Sterker, Peking tolereert dat enkel die provincies, die hun groeidoelstelling halen, daar de mogelijkheid toe hebben. Wat suggereert dat het land niet inzet op grootscheepse stimuluspakketten.

 

Zorgenkind blijft de vastgoedsector

 

Groot zorgenkind blijft de vastgoedsector. Het sentiment onder potentiële huizenkopers is onder het vriespunt gedaald. In juli lagen de huizenverkopen circa 40% lager dan in dezelfde maand in 2021.  De vastgoedsector heeft financieringsproblemen en behoeft kapitaal om bestaande projecten alsnog af te bouwen en huizen op te leveren aan kopers. Dit veroorzaakt de onrust en onvrede in China. Banken zullen een kapitaalinjectie krijgen om dit te verhelpen, maar in essentie is dat een verschuiving van het probleem: van de vastgoedsector naar de bancaire wereld. En het brengt ook de politiek in verlegenheid.

 

Aandelen veren op

Ondertussen vertonen financiële markten sinds begin juli een opmerkelijke beweging. Dat geldt niet zozeer voor obligaties. Met de groeiende zorgen over de economie stuurden beleggers de lange rente fors lager. De Duitse tienjaarsrente zakte van 1,4% terug naar iets boven de 0,8%.

Aandelen hebben daarentegen een goede maand achter de rug. Ondánks de economische zorgen. De Amerikaanse aandelenindex S&P 500 steeg meer dan 9% (in dollars), de Europese Stoxx 600-index pluste bijna 8% (in euro’s). Vooral na de beleidsbijeenkomst van de Fed, kregen aandelenbeurzen de wind in de zeilen.

Dat had veel te maken met de opmerking van Fed-voorzitter Jerome Powell dat het tempo van de monetaire verstrakking de komende maanden misschien wat lager kan. Beleggers maken daaruit op dat de Fed de aandacht snel weer van de inflatie naar de afkoelende economie zal verschuiven. Met niet alleen minder forse renteverhogingen tot 3,25% (nu 2,5%), maar per medio 2023 zelfs weer met verlagingen tot een meer neutraal niveau van rond de 2,5%.

 

Het is afwachten of beleggers niet te voorbarig zijn

 

In de eerste jaarhelft hebben aandelen vooral last gehad van de draai bij centrale banken richting een hogere rente. Mochten de centrale bankiers hun toon wat matigen, dan kan dat zeker steun geven aan beurzen. Hoewel het afwachten is of beleggers hierover niet te voorbarig zijn.

Afhankelijk van hoe de economie evolueert, zouden het de (verwachte) bedrijfswinsten kunnen zijn, die de komende maanden roet in het eten gooien. Tot nu toe bleven de winstprojecties aardig op peil. De cijfers van het tweede kwartaal zijn boven verwachting, vooral de opluchting over de cijfers van de Amerikaanse technologiesector is groot. Zelfs de verwachtingen die cyclische ondernemingen formuleren voor de rest van het jaar vallen mee.

 

Disclaimer is dat de energiecrisis niet escaleert

 

Belangrijke ‘disclaimer’ is echter steeds dat men niet uitgaat van een verdere escalatie van de energiecrisis. En laat dat nou net een cruciaal element zijn, vooral in Europa. Daarnaast is het de vraag of ondernemingen hun hogere inputkosten kunnen blijven doorrekenen. Op enig moment kunnen hun klanten, wiens reëel inkomen onder druk staat, de handdoek in de ring gooien.

Bedrijven die directer gelieerd zijn aan duurzame consumentenuitgaven slaan een voorzichtiger toon aan. De arbeidsmarkt ( en de daaraan gekoppelde consumentenuitgaven) mag niet al te veel verzwakken.

Wij herhalen onze licht onderwogen positionering in aandelen, mede gezien de blijvende onzekerheden op inflatiegebied en economische groei. 

 

 

Belangrijke macro-economische publicaties

Van 01 augustus tot

en met 05 augustus

Publicatiedag

Regio

Publicatie van

Periode

Consensus

Maandag

China

Caixin Manufacturing PMI

Jul

50,4

 

Eurozone

Werkloosheid

Jun

6,6%

 

VS

ISM Manufacturing

Jul

52,9

Woensdag

China

Caixin Services PMI

Jul

55,2

 

Eurozone

Detailhandelsverkopen MoM

Jun

0,0%

 

VS

ISM Non-Manufacturing

Jul

54,0

Vrijdag

VS

Nieuwe banen (non farming)

Jul

255K

 

 

Gemiddeld uurloon MoM

Jul

0,3%

 

 

Werkloosheid

Jul

3,6%

 


Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot

Luc Aben
Luc Aben
Hoofdeconoom
Auth platform tracking pixel Login page tracking pixel