Hoofdeconoom
Notulen Fed en ECB vertellen meer over komend monetair beleid
Speuren naar hints van de ECB voor een eerste renteverhoging.
In het kort:
- Gaat de Fed grotere rentestappen nemen?
- Het is belangrijk dat de Europese consument blijft uitgeven
- Het verloop Amerikaanse rentecurve laat geen alarmbel afgaan
Economen kijken deze week uit naar de notulen van de laatste beleidsvergaderingen van de Amerikaanse centrale bank Federal Reserve (Fed) en van de Europese centrale bank ECB. En ze houden hun ogen gericht op de bestedingen van de consument in Europa.
Ter herinnering: de Amerikaanse centrale bankiers besloten op hun laatste bijeenkomst om de beleidsrente met 25 basispunten op te trekken. En ze kondigden verdere renteverhogingen in de komende maanden aan.
De inschattingen van de Fed voor de inflatie gingen fors omhoog, terwijl de centrale bank juist voorzichtiger werd over de economische groei. Tegelijkertijd benadrukte bankvoorzitter Jerome Powell dat de Amerikaanse economie sterk blijft. Die bevestiging zien wij nog steeds in de economische data van maart.
De Fed aarzelt niet om grotere rentestappen te nemen
Grotere renteverhogingen?
Powell blijft de sterke groei van de Amerikaanse economie benadrukken. In die mate zelfs dat de Fed - indien nodig - niet aarzelt om rentestappen van 50 basispunten tegelijk te nemen. In de notulen is het kijken naar hoe dicht de bankbestuurders afgelopen keer al bij zo’n beslissing waren. Hoe dichter, hoe groter de kans dat ze de beleidsrente begin mei op de volgende beleidsvergadering fors hoger prikken. Financiële markten houden daar al rekening mee.
Daarnaast vragen beleggers zich af wanneer en hoe de Fed het afbouwen van zijn balans wil aanpakken? Door de opkoop van obligaties staan daar nu veel obligaties op. Wellicht lichten de notulen hierover een tipje van de sluier.
Ook de Europese centrale bank ECB geeft notulen van zijn laatste vergadering vrij. Hier is het vooral speuren naar hints over een eerste renteverhoging. Beleggers prijzen ondertussen twee rentestappen van 25 basispunten in voor het einde van het jaar.
Consumentenbestedingen cruciale factor
Voor de eurozone komen deze week nieuwe cijfers over de detailhandelsverkopen in februari. Die bevatten weinig of geen impact van de oorlog in Oekraïne. Maar misschien wél van de oplopende inflatie.
Het gedrag van de Europese consument is een cruciale variabele om de komende maanden in de gaten te houden. Het consumentenvertrouwen nam in maart door de Oekraïne-oorlog af, maar dat wil niet zeggen dat de bestedingen onmiddellijk ook dalen. De Europese burger beschikt over voldoende financiële buffers om te blijven uitgeven.
Het consumentenvertrouwen nam af, bestedingen vooralsnog op peil
Loon-prijsspiraal in Europa?
Europese lonen laten in tegenstelling tot de Verenigde Staten - nog? - geen significante stijging zien. Omdat de relatief rigide arbeidsmarkt in Europa zich langzamer aanpast aan veranderende omstandigheden, zou dat nog kunnen komen. Maar even goed zouden Europese werknemers de voorkeur kunnen geven aan baanzekerheid in plaats van een hoger loon.
Als Europese werknemers geen hogere lonen eisen verkleint dat de kans op een loon-prijsspiraal. Dat is positief voor de inflatie, want fabrikanten zullen hogere loonkosten doorberekenen aan afnemers.
Maar lonen die niet meestijgen met de inflatie knabbelen wel aan de koopkracht van de consument. De vraag is dan, of de Europese consument bereid is om de tijdens de coronapandemie opgebouwde spaarbuffers aan te spreken om zijn bestedingen op peil te houden?
Krappe Amerikaanse arbeidsmarkt
De Amerikaanse economie creëerde in maart 431 duizend nieuwe banen. Dat is iets minder dan de door economen verwachte 490 duizend stuks. De arbeidsmarkt in de Verenigde Staten blijft krap. Eerder uitgebrachte cijfers voor januari en februari werden met in totaal 95.000 extra banen herzien.
Nieuwe banen kwamen er vooral bij in eerder sterk door de coronacrisis getroffen sectoren als toerisme en recreatie. Nu de pandemie wegebt herstellen deze sectoren zich.
Het huidige werkloosheidspercentage staat op 3,6% en dat is een stukje onder de doelstelling van 4% van de centrale bank Federal Reserve.
Minstens zo belangrijk als het aantal nieuwe banen is het effect van de krappe arbeidsmarkt op de lonen. Gemiddeld ging het uurloon in maart 0,4% omhoog. In 2021 was dat vaak nog met 0,5% of 0,6%.
Piek Amerikaanse loonstijging mogelijk voorbij
De opwaartse loondruk lijkt enigszins af te nemen. Onder meer omdat steeds meer Amerikanen zich opnieuw aanbieden op de arbeidsmarkt. Afgelopen maand ging dat om 418 duizend werknemers. Maar nog altijd zijn er een dikke 2 miljoen Amerikanen minder aan het werk dan voor Covid-19. Dat duidt op enig reserve van arbeidspotentieel.
Het is best mogelijk dat de piek in de Amerikaanse loongroei achter ons ligt. Waardoor hogere arbeidskosten minder aan de inflatie bijdragen. Maar dat is een geleidelijk proces en voorlopig niet van die mate dat de Fed zijn plannen voor het aantrekken van de monetaire teugels herziet. Een krapper geldbeleid van de centrale bank is nodig om de inflatie te beperken.
Signaal van de Amerikaanse rentecurve
Europese (MSCI Europe +1%) en Amerikaanse (MSCI USA +0,2%) aandelenmarkten bleven afgelopen week dicht bij huis met een kleine winst.
Op obligatiemarkten viel de Amerikaanse 10-jaarsrente licht terug tot 2,38%. De 2-jaarsrente zette zijn opmars echter verder voor tot 2,46%. Waarmee de korte rente nu boven de lange rente uitkomt.
Bij sommige beleggers gaat dan een alarm af. Want een dergelijke ‘inverse rentecurve’ is in het verleden immers vaak de voorbode van een recessie geweest. Is dat nu ook weer zo?
Het is in ieder geval onverstandig om achteloos te blijven toezien. Er is zeker een risico dat de Fed al te driest te werk zal gaan met zijn monetaire verkrapping en de economie uiteindelijk in een recessie stort. Maar tegelijkertijd zijn er een aantal nuancerende factoren.
Nuancering bij inverse rentecurve in Amerika
Zo is het verschil tussen het Amerikaanse 10- en 2-jaarstarief niet de enige parameter om de rentecurve, en de signalen die die afgeeft, te interpreteren. Het verschil tussen de rente op tien jaar en die op drie maanden is in het verleden een nóg betere economische voorspeller gebleken. Dat verschil bedraagt momenteel 1,8% waarbij de 3-maandsrente wel onder de 10-jaarsrente staat. Dus verre van een signaal dat er een recessie aan zou komen.
Verder is er het welbekende argument dat de rente weliswaar oploopt, maar per saldo laag blijft. Vooral in reële termen na correctie voor inflatie. Geld blijft goedkoop. Dat moet steun geven aan zowel de economie als aan financiële markten. Vooral als de financiële balansen van consumenten gezond zijn en er fors minder hypotheken met variabele rente uitstaan dan vroeger vaak het geval was. Wat Joe Sixpack minder kwetsbaar maakt voor opgelopen renteniveaus.
Belangrijke macro-economische publicaties |
Van 04 april tot en met 8 april |
|||
Publicatiedag |
Regio |
Publicatie van |
Periode |
Consensus |
Dinsdag |
VS |
ISM Non-Manufacturing |
Maa |
58,0 |
Woensdag |
China |
Caixin Services PMI |
Maa |
49,3 |
|
VS |
Fed-notulen |
|
|
Donderdag |
Eurozone |
Detailhandelsverkopen MoM |
Feb |
0,6% |
Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot.
Hoofdeconoom