Hoofdeconoom
Spanning rond Oekraïne beheerst aandelenbeurzen
Voor financiële markten blijft de schade van dit soort geopolitieke conflicten meestal beperkt.
In het kort:
- Bij escalatie in Oekraïne wacht ECB waarschijnlijk met dichtdraaien geldkraan
- Inflatie en economische groei geven de doorslag voor financiële markten
- Goede winstverwachtingen bedrijfsleven voeden positief sentiment voor aandelen
Financiële markten bewegen op en neer met het sentiment rond Rusland en Oekraïne. De geopolitieke spanningen houden de gemoederen ongetwijfeld nog een tijd bezig. Ondanks de onrustige maand ligt de Europese Eurostoxx-50 index er nagenoeg onveranderd bij.
In deze politieke context herhalen we nog eens dat het voor een belegger zeer moeilijk is om te anticiperen op een dergelijke onrust. Het uiteindelijke effect op economie en markten hangt af van de schaal en duur van een eventueel conflict. Als het überhaupt al tot een militair treffen komt.
De ervaring leert bovendien dat zo’n effect weliswaar hevig kan zijn, maar vaak van korte duur is. Op voorwaarde dat de situatie niet dramatisch uit de hand loopt, pikken beleggers uiteindelijk de draad van de economische fundamenten weer op.
Bij een escalatie zullen de economische vooruitzichten niet sterk veranderen
De Europese handel met Rusland en de blootstelling van de financiële sector aan Rusland zijn zeer beperkt. En zullen de economische vooruitzichten niet sterk veranderen bij een escalatie. Vanuit de energiebevoorrading vanuit Rusland en bijbehorende stijgende prijzen kan er natuurlijk wél impact zijn.
Mocht de gasbevoorrading 10 procent lager gaan, dan ligt de economische schade volgens de Europese Centrale Bank (ECB) rond de 0,7 procent van het BBP. Wat een onderschatting lijkt. Zo is er geen rekening gehouden met prijseffecten, terwijl gasprijzen ongetwijfeld verder zouden toenemen in een dergelijk scenario. Wellicht gaat de economische schade dus eerder richting één procent.
Vanzelfsprekend zou dit vervelend zijn, maar ook weer niet dramatisch. Een procent is ongeveer de gemiddelde kwartaalgroei die we in 2022 verwachten, nu de COVID-restricties in veel landen stilaan overboord gaan. Het zou er dus per saldo op neerkomen dat de economie een kwartaal stilstaat, zonder in een diepe recessie te vervallen. Mits de energieproblemen niet langer voortslepen.
Inflatie belangrijkste zorgpunt
Een economisch belangrijker vraagstuk is de inflatie. Afhankelijk van de impact op energieprijzen, wordt er al snel een additioneel procentpunt toegevoegd aan het algemene prijspeil. Terwijl inflatie sowieso al een zorgpunt is.
Wat de ECB dan zou doen, is onduidelijk. Het meest waarschijnlijk is dat de centrale bank even pas op de plaats maakt met het terugschroeven van het ruime monetaire beleid.
Geopolitiek kan snellere afschaling van aankoopprogramma’s doorkruisen
Recente geluiden uit Frankfurt suggereerden een snellere afschaling van de aankoopprogramma’s (kwantitatieve verkrapping). Geopolitiek kan die plannen doorkruisen. ECB-bestuurder Isabel Schnabel hintte daar al op. Voor beleggers zou dit betekenen dat ze niet én een geopolitiek conflict, én een centrale bank die de rente optrekt moeten verteren.
Hoe dan ook, geopolitieke events van deze aard hebben zelden een langdurig effect. Uiteindelijk zijn het de economische en bedrijfsmatige prestaties die de doorslag geven voor financiële markten. En die blijven degelijk tot goed zelfs.
Winstverwachtingen omhoog
Kijk maar naar de bedrijfscijfers. In de VS en Europa rapporteert gemiddeld 70 procent van de ondernemingen beter dan verwachte resultaten in het laatste kwartaal van 2021.
In Europa valt op dat vooral cyclische sectoren het goed doen. Onder meer geïnspireerd door de al met al meevallende impact die omikron heeft gehad. Winsttaxaties voor de komende kwartalen worden nu voorzichtig opwaarts aangepast. Of dat uiteindelijk realistisch zal blijken, hangt vanzelfsprekend af van het economische plaatje. Een afvlakkende inflatie en verdere normalisering van de economie post-corona kunnen daarbij uiteraard behulpzaam zijn.
Sentimentsindicatoren op de agenda
Deze week op de macro-agenda hebben we vooral aandacht voor een reeks sentimentsindicatoren. Van de Duitse IFO-index en de inkoopmanagersindices in de VS en de eurozone (Markit PMI’s), tot de brede Economic Sentiment Index (ESI) die de Europese Commissie samenstelt.
We verwachten een lichte verbetering van het sentiment
Als algemene afdronk verwachten een lichte verbetering van het sentiment. Ondanks dat de hoge inflatie weegt op het consumentenvertrouwen.
Voor Europa stipten we al aan dat we de restrictieve maatregelen van de pandemie stilaan achter ons laten. Vanuit de VS kregen we de afgelopen tijd dan weer veelal positieve rapportages. Bijvoorbeeld over de arbeidsmarkt, industriële productie en detailhandelsverkopen.
Eind deze week staan ook nog nieuwe cijfers over de persoonlijke inkomens en bestedingen in brede zin op de agenda. Die zullen naar verwachting bevestigen dat, ondanks het afgebrokkelde vertrouwen, de consument blijft uitgeven.
Belangrijke macro-economische publicaties |
Van 21 februari tot en met 25 februari |
|||
Publicatiedag |
Regio |
Publicatie van |
Periode |
Consensus |
Dinsdag |
Eurozone |
Markit Manufacting PMI (flash) |
Feb |
58,7 |
|
|
Markit Services PMI (flash) |
Feb |
52,0 |
Dinsdag |
Duitsland |
IFO-index |
Feb |
96,5 |
|
VS |
Markit Manufacting PMI (flash) |
Feb |
56,0 |
|
|
Markit Services PMI (flash) |
Feb |
53,0 |
Donderdag |
VS |
BBP QoQ (2de schatting, jaarbasis) |
4Q21 |
7,0% |
Vrijdag |
Eurozone |
Kredieten gezinnen YoY |
Jan |
4,1% |
|
|
Kredieten ondernemingen YoY |
Jan |
4,5% |
|
|
Economic Sentiment Index |
Feb |
113,0 |
|
VS |
Persoonlijk inkomen MoM |
Jan |
-0,3% |
|
|
Persoonlijke bestedingen MoM |
Jan |
1,5% |
|
|
Orders duurzame goederen MoM |
Jan |
0,7% |
Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot.
Hoofdeconoom