Hoofdeconoom
Poetin houdt ook beleggers in zijn greep
Financiële markten wachten de ontwikkelingen in Oekraïne gespannen af.
In het kort:
- Geopolitieke onrust houdt de financiële markten fors bezig
- ‘Oekraïne’ nu geen aanleiding om ons beleggingsbeleid aan te passen
- Amerikaanse inflatiecijfers blijven pittig, maar piek lijkt zich aan te dienen
In het huidige economische klimaat, waarin een wegebbende pandemie en bedrijfswinsten een tegenwicht bieden aan de rentezorgen, kun je een afwachtende houding op de financiële markten opvatten als een geruststellend signaal. De sentimentsindicatoren die daar nu op wijzen, waren dat in het verleden vaak. Ook nu kan dit het geval zijn, maar er is waarschijnlijk nog een minder geruststellende reden: een geopolitieke.
De situatie rond Oekraïne blijft gespannen. En vooral onduidelijk ook. Als belegger is het bijgevolg moeilijk om te anticiperen op een verder verloop. Het verleden toont echter aan dat geopolitiek geïnspireerde nervositeit achteraf vaak koopgelegenheden bleken te zijn. Zover willen we nu niet gaan. Maar ‘Oekraïne’ is voor ons op dit moment geen aanleiding om ons beleggingsbeleid aan te passen.
Inflatie VS
Voorlopig is er geen sprake van dat het inflatie-momentum in de VS afneemt. Het algemene prijspeil en de nauwere kern-inflatie (exclusief voeding en energie) gingen in januari 0,6% hoger (maand-op-maand), net als in december. Gerekend was op een 0,4% toename voor het bredere prijspeil.
Woonkosten leverden opnieuw een belangrijke bijdrage. Dit geldt zowel voor de expliciete huurprijzen (+0,5%) als voor de (impliciete schatting van) de kosten die huiseigenaars dragen (+0,4%). Deze componenten maken bijna een derde uit van de inflatie-index. Waarmee de Amerikaanse index trouwens sterk afwijkt van die in de eurozone. Daar nemen we ‘wonen’ veel minder mee. Wat wellicht gedeeltelijk verklaart waarom de Europese onderliggende inflatiedruk minder sterk is. Of althans, minder sterk oogt.
Daarnaast liepen de prijzen in de horeca op. Wat weinig goeds doet vermoeden voor de inflatie in de komende maanden. Deze sector zal immers verder openen en meer klanten aantrekken, en dat met een krappe arbeidsmarkt en opwaartse loondruk.
Komt de inflatiepiek in zicht?
Tegelijkertijd zijn er voorzichtige signalen dat we stilaan het piekniveau van de Amerikaanse inflatie bereiken. Zo duwden hoge energieprijzen de inflatie afgelopen maand nog hoger. Dat zal nog een aantal weken het geval zijn, maar geleidelijk aan zal dit effect afzwakken. Wellicht volgen olie- en gasprijzen de komende maanden niet dezelfde opwaartse lijn, zoals we die vanaf de zomer in 2021 zagen.
Ook de veelbesproken disrupties in productie- en aanvoerketens zouden stilaan minder impact moeten hebben. In de automobielsector zien we de productie aantrekken. Dit betekent meer aanbod en lagere prijzen. Voor nieuwe wagens, maar vooral voor tweedehands voertuigen. Die vertegenwoordigen meer dan 4 procent van het Amerikaanse consumptiemandje, dat de basis vormt om de inflatie in te schatten.
Renteverwachtingen omhoog
Na het inflatierapport pasten financiële markten hun inschattingen voor het rentebeleid van de Amerikaanse Centrale Bank (de Fed) aan. De kans dat er in maart gelijk een ingreep van 50 basispunten aankomt, wordt steeds groter. Met daarna nog vijf of zes rentestappen dit jaar. Links en rechts duikt zelfs de verwachting op dat de Fed tussentijds al ingrijpt. De eerstvolgende formele bijeenkomst is op 16 maart gepland.
Komende woensdag verwachten we de notulen van de laatste Fed-beleidsvergadering in januari. Toen al klonk Jerome Powell strenger dan verwacht. Afwachten of dat ook betekent dat er toen inderdaad gesproken is over bijvoorbeeld rentestappen van 50 basispunten.
Kleinhandelsverkopen weer licht opwaarts
Verder stippen we op de macro-agenda van deze week de Amerikaanse detailhandelsverkopen in januari aan. Wij rekenen daar op een kleine groei (maand-op-maand).
Omikron, de afbouw van overheidssteun en de oplopende inflatie wogen vanaf eind 2021 op de bestedingen. Vooral de inflatie zit Joe Sixpack dwars, zoals blijkt uit het vorige week gemelde vertrouwenscijfer van de University of Michigan: dat dook flink lager. De hogere prijzen maken de burger tevens voorzichtiger voor de toekomst, wat de economische groei mogelijk verder drukt en de economie laat afkoelen (lees: een lagere inflatie teweegbrengt).
Anderzijds is er natuurlijk de sterke arbeidsmarkt. De maand januari leverde weer een verrassend aantal nieuwe banen op.
Amerikaanse woningmarkt
In het kader van de inflatie, raakten we zijdelings al de Amerikaanse woningmarkt aan. Die kampt met een tekort. Wat de nodige impact heeft op prijzen. In de grote steden gaan woningen bijna 20 procent duurder van de hand dan eind 2020.
Op die woningmarkt komen veel elementen samen. De sterke vraag vanuit de sterke economie, de disrupties in de aanvoer van materialen, de krappe arbeidsmarkt, gestegen grondstofprijzen en het rentebeleid van de Fed. Wat dit laatste betreft moet er een balans gevonden worden. Enerzijds de bouwmarkt ook bij een hogere rente voldoende momentum laten behouden, zodat het aanbod hoger en de prijzen lager kunnen, anderzijds het vermijden van oververhitting.
Eind deze week verwachten we nieuwe cijfers over de opstartende woningbouw, het verloop van de bouwvergunningen en het sentiment bij huizenbouwers (NAHB-index). De woningmarkt wordt een belangrijke parameter voor de Amerikaanse inflatie op middellange termijn.
Sentiment is afgekoeld
Naast de obligatiemarkten reageerden ook de aandelenbeurzen op de Amerikaanse inflatie. De brede Amerikaanse S&P 500-index verloor vorige week 1,8%. In Europa daarentegen gingen aandelen 1,6% hoger (Europese Stoxx 600). De geopolitieke onrust rond Oekraïne blijft meer koersvolatiliteit op de Europese markten geven, in zowel positieve als negatieve zin.
Stabiele vooruitzichten voor de economie, wegebbende pandemiezorgen en bedrijfswinsten boden tegenwicht aan de rentezorgen. Ongeveer 70 procent van de winstrapportages over het vierde kwartaal overtreft de verwachtingen tot nu toe. Winstverwachtingen voor het hele jaar 2022 worden stilaan opwaarts bijgesteld.
Tegelijkertijd is het sentiment op financiële markten niet langer oververhit. Vooral niet in de VS. Veel sentimentsindicatoren wijzen eerder op een afwachtende houding. Wat in het verleden vaak een geruststellend signaal was.
Belangrijke macro-economische publicaties |
Van 14 februari tot en met 18 februari |
|||
Publicatiedag |
Regio |
Publicatie van |
Periode |
Consensus |
Dinsdag |
Duitsland |
ZEW-index |
Feb |
53,5 |
|
Eurozone |
BBP YoY (2de schatting) |
4Q22 |
|
Woensdag |
Eurozone |
Industriële productie MoM |
Dec |
0,3% |
|
VS |
Detailhandelsverkopen MoM |
Jan |
1,6% |
|
|
Industriële productie MoM |
Jan |
0,4% |
|
|
Fed-notulen |
Jan |
|
|
|
NAHB-index |
Feb |
83,0 |
Donderdag |
VS |
Opstartende woningbouw |
Jan |
1.701mio |
|
|
Bouwvergunningen |
Jan |
1,785mio |
Vrijdag |
Eurozone |
Consumentenvertrouwen (flash) |
Feb |
-8,0 |
Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot.
Hoofdeconoom