Hoofdeconoom
Luc Aben ziet beleggers voor een dilemma staan
De relatie tussen de beurs en de economie is gespannen.
En verder:
- De economie moet de opgelopen beurskoersen wel ondersteunen
- Beleggers gaan uit van snel economisch herstel, maar schade Covid-19-crisis voorlopig niet hersteld
- Niet te vroeg juichen bij cijfers Amerikaanse werkgelegenheid
Een cruciaal verschil in de aanpak van de coronacrisis en de grote financiële crisis van 2008-09 en de eurocrisis een paar jaar later is het optreden van overheden. Overheden hebben hun les geleerd, met name in de eurozone. Liet overheidsingrijpen indertijd nog op zich wachten, nu regent het vrijwel permanent nieuwe initiatieven om de economie te stimuleren.
De Duitse regering komt met een aanvullend begrotingspakket met een omvang van 4% van het bruto binnenlands product (bbp). Dat is bovenop het steunpakket van 8% van het bbp dat al eerder was aangekondigd. Daarnaast trapt de Europese centrale bank ECB – zoals verwacht – het monetaire gaspedaal nog dieper in. En fors zelfs, met 600 miljard euro extra voor het obligatie-opkoopprogramma PEPP en dat is een significante verhoging van het eerder afgesproken bedrag van € 750 miljard. De intentie om minstens tot eind 2022 de ‘PEPP-obligaties’ die vervallen te herbeleggen illustreert bovendien dat de economische nasleep van de coronapandemie zich nog geruime tijd zal laten voelen.
Dat de coronacrisis voorlopig nog pijn doet drukt de ECB ook in cijfers uit. Voor dit jaar voorziet de centrale bank een economische krimp van bijna 9%. Met in 2021 slechts een geleidelijke inhaalbeweging van iets meer dan 5%. Daar voegt ECB-voorzitter Lagarde dan nog aan toe dat de risico’s ‘aan de onderkant’ liggen. Daarmee bedoelt ze, dat de verwachte economische groei eerder lager dan hoger zal uitpakken. Er is een risico dat de economie minder snel hersteld van de Covid-19-pandemie.
De visie van de ECB komt overeen met onze visie en waarmee wij in ons beleggingsbeleid rekening houden (lees ook onze Beleggingsstrategie juni: licht onderwogen in aandelen).
Dilemma voor beleggers
De ruime steunmaatregelen van overheden en centrale banken plaatsen beleggers voor een dilemma. Enerzijds weten ze uit ervaring dat het gevaarlijk kan zijn om tegen centrale banken in te gaan. Met andere woorden: niets zegt dat de stuwkracht van het ruime monetaire bankenbeleid, dat veel geld in de economie pompt, de koersen niet zal blijven ondersteunen. Dat is al sinds eind maart het geval voor zowel aandelen als (bedrijfs)obligaties.
Anderzijds moet de reële economie de beurskoersen uiteindelijk wel ondersteunen met betere economische prestaties. Financiële markten mogen dan vaak voorlopen op de feiten, uiteindelijk moet er wel enig verband blijven bestaan met die concrete feiten.
De vraag is of na de aandelenrally van de laatste weken het verband tussen beurskoersen en de reële economie niet erg gespannen is? Wij denken van wel. Er is weinig marge voor onvoorziene vertragingen in het heropenen van economieën, voor opnieuw tegenvallende economische cijfers of voor teleurstellend nieuws van het virusfront met een tweede besmettingsgolf.
Voorlopig zijn er geen noemenswaardige opflakkeringen van het virus na het geleidelijk opheffen van beperkende maatregelen. Dat houdt de moed erin. De macht en kracht van centrale banken is significant, maar het evenwicht tussen financiële economie en reële economie is delicaat.
Schade nog niet hersteld
De afgelopen twee weken hebben ondernemingen in cyclische sectoren, zoals banken, chemiebedrijven en autoproducenten, op de beurs het koersstokje overgenomen van de technologiebedrijven. Hun aandelen zijn gestegen. Daarmee gaan aandelenbeleggers er al vanuit dat de economische opleving in aantocht is en sorteren al meer voor op een V-scenario. Dat betreft een slechts kortstondige ontregeling van de mondiale economie met een snel herstel.
Maar de schade die cyclische bedrijven door de coronacrisis hebben opgelopen is nog niet ingehaald. Hiervoor is nog een lange weg in het economisch herstel te gaan.
Macro-economische agenda
Verrassend goede cijfers uit de VS
Na de ECB vorige week is het deze week de beurt aan de Amerikaanse centrale bank Fed voor een volgende beleidsvergadering. Wij verwachten weinig veranderingen. Fed-baas Jerome Powell zal eerst de effecten van alle ruime steunmaatregelen willen afwachten. Net als Europa probeert de VS zich los te wrikken uit de lockdown. Dat begint zich te weerspiegelen in de data. De autoverkopen komen weer op gang en de lage rente duwt de hypotheekaanvragen omhoog. Voor een deel gaat dat om herfinancieringen, maar het gaat ook zeker om nieuwe hypotheken.
Het arbeidsmarktrapport over de maand mei leverde vorige week vrijdag een positieve verrassing op. In plaats van te krimpen nam het aantal banen weer toe. In eerste instantie in sectoren die weer opengingen na de lockdown, zoals horeca, maar ook in andere sectoren.
Niet te vroeg juichen
Het is afwachten of het Amerikaanse arbeidsmarktrapport definitief een ommekeer inluidt. In de vrije val die de Amerikaanse arbeidsmarkt de afgelopen maanden meemaakte, is het verrassende cijfer van vrijdag een heel bescheiden opwaarts knikje. De werkloosheid blijft met zijn 13,3% historisch gezien erg hoog. Een cijfer dat bovendien geflatteerd is door fouten in het verzamelen van de data.
Ook het overheidsbeleid kan de cijfers over de werkgelegenheid wat hebben verstoord. Kleinere ondernemingen kregen immers leningen om de periode van stilstand te overbruggen. Nemen ze hun tijdelijk inactieve werknemers opnieuw in dienst, dan wordt die lening een regelrechte subsidie. Maar gaan deze ondernemingen in een later stadium niet alsnog over tot een vermindering van hun personeelsbestand?
Hoe dan ook: elke reis begint met een eerste stap en dat was blijkbaar ook de redenering van financiële markten. Die reageerden bijna euforisch.
Daarnaast bereikten de olieproducerende landen (OPEC en Rusland) een akkoord om de productiebeperkingen te verlengen, wat de olieprijs voorlopig ondersteunt. Amerikaanse schalieproducenten kunnen nu wellicht weer opstarten en een steentje gaan bijdragen aan de Amerikaanse economie.
Zwakke Chinese handelscijfers, aanhoudende steunmaatregelen
China houdt onze aandacht. De beleidsmakers in Beijing hebben schuldreductie grotendeels overboord gegooid. Dat vertaalt in een aantrekkende kredietgroei en een versnellende geldgroei om de Chinese economie te steunen. Nieuwe cijfers deze week zullen deze trends naar verwachting bevestigen.
China publiceerde zondag zwakke handelscijfers voor de maand mei. Zowel de import als export blijven hinder ondervinden van de zwakke wereldeconomie. Het is logisch dat de cijfers teleurstelden, want China is erg afhankelijk van de wereldeconomie. Als Chinese beleidsmakers hun doel om de werkloosheid op 6% te houden willen realiseren, dan hebben ze momenteel weinig andere keus dan de binnenlandse economie aanhoudend van de nodige fiscale en monetaire zuurstof te voorzien.
Belangrijke macro-economische publicaties |
Van 08 juni tot en met 12 juni |
|||
Publicatiedag |
Regio/land |
Publicatie van |
Periode |
Consensus |
Dinsdag |
VS |
Ondernemersvertrouwen MKB |
Mei |
92,2% |
Woensdag |
VS |
CPI-inflatie YoY |
Mei |
0,2% |
|
|
CPI kern-inflatie YoY |
Mei |
1,3% |
|
|
Fed-beleidsmeeting |
|
|
Vrijdag |
China |
Groei uitstaande kredieten YoY |
Mei |
13,2% |
|
|
Geldgroei YoY (M2) |
Mei |
11,3% |
|
Eurozone |
Industriële productie MoM |
Apr |
-20,0% |
|
VS |
Consumentenvertrouwen (UvM) |
Jun |
74,8 |
Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot.
Hoofdeconoom