Hoofdeconoom
Beleggingsbeleid Van Lanschot onveranderd ondanks escalatie handelsvete
Beweeglijkheid financiële markten neemt toe, de schuldige bevindt zich in de politieke hoek.
Sinds eind vorige week is plotsklaps de beweeglijkheid toegenomen op de financiële markten. Zo gingen aandelen initieel 4% tot 6% onderuit wereldwijd. Als dader wijzen wij de politiek aan.
De nervositeit begon toen president Trump nieuwe tarieven voor Chinese import in het vooruitzicht stelde. China reageerde door niet langer Amerikaanse landbouwproducten aan te kopen en de yuan de ruimte te geven om te verzwakken tegenover de dollar. Waarop de VS dan weer het etiket valutamanipulatie op het Chinese beleid kleefde. Kortom, het handelsconflict tussen de VS en China ging richting escalatie.
Te midden van deze omgeving, kiezen wij er op dit moment echter voor ons beleggingsbeleid onveranderd te houden. Voor een neutrale beleggingsportefeuille betekent dat een iets kleiner aandelenbelang dan gemiddeld op de langere termijn (een zogenaamde ‘onderwogen aandelenpositie’).
In de voorbije maanden waren we al geleidelijk het pad van de grotere voorzichtigheid ingeslagen. Die voorzichtigheid willen we nu niet sterker aanzetten door aandelen te verkopen. Andersom zien we in de lagere koersen vooralsnog geen aanleiding om bij te kopen. Graag zetten we de redenen voor dit alles op een rijtje.
Waarom brengen we ons aandelenbelang niet verder omlaag?
- Ontegenzeggelijk verliest de economische groei aan kracht. Dat is een wereldwijd fenomeen. Vooral de verwerkende industrie heeft het moeilijk. Niet onlogisch gezien zijn gevoeligheid voor het internationale handelsklimaat.
De dienstensector daarentegen houdt degelijk stand. Ook niet onlogisch, omdat die diensten veel afhankelijker zijn van de binnenlandse economische dynamiek. Die profiteert op zijn beurt weer van lage of dalende werkloosheid bijvoorbeeld. Met name in de ontwikkelde economieën maken die diensten het leeuwendeel van de totale economische activiteit uit.
Slotsom is dus dat de groei weliswaar vertraagt, maar we verwachten geen regelrechte recessie.
- Centrale banken, met als belangrijke vertegenwoordigers de Federal Reserve (Fed) en de Europese Centrale Bank (ECB), maakten een draai in hun intenties.
Zo was de Fed tot eind 2018 nog van plan om in het lopende jaar tweemaal de beleidsrente op te trekken. Toenemende economische en politieke onzekerheden gooiden echter roet in het eten. Onlangs verlaagde de Fed de rente met 25 basispunten. Ook de ECB zal vanaf september wellicht opnieuw een ruimer geldbeleid gaan voeren. Mogelijk dat dan al een eerste renteverlaging wordt doorgevoerd.
Dit alles betekent dat de rente nog langer laag kan blijven. Vergeleken hiermee is het dividend op een gemiddeld Europees aandeel (MSCI Europe) van 4,0% aantrekkelijk. In de VS is dat dividendrendement iets lager (2%), maar nog steeds interessant.
- Als de economische groei vertraagt, zou dat impact moeten hebben op de bedrijfswinsten. Ter illustratie: de gemiddelde Amerikaanse onderneming boekte in het tweede kwartaal 6% meer winst per aandeel dan analisten verwachtten. In Europa zijn de winstcijfers fractioneel beter dan de laaggespannen verwachtingen. Op zich waren dit natuurlijk geen fantastische cijfers, maar toch overtreffen ze de verwachtingen van beleggers. En met name dat laatste is belangrijk voor de richting van beursbewegingen.
Ook voor het derde kwartaal zijn de verwachtingen voor de bedrijfsresultaten niet hooggespannen. Dat betekent dat er opnieuw ruimte is voor positieve verrassingen.
- In verhouding tot die verwachte bedrijfswinsten, zijn aandelen niet overdreven duur. In sommige regio’s zelfs aan de goedkope kant. Het langjarig gemiddelde voor de koers-winstverhouding ligt zowel in Europa als de VS rond de 15. Momenteel is dat respectievelijk 13 en 17 uitgaande voor het lopende jaar.
Toegegeven, met name voor de VS impliceert dit dat aandelen niet echt goedkoop zijn. Maar dit is geen ‘bubbel-niveau’. Bovendien mogen koers-winstverhoudingen hoger zijn als de rente laag is. Tenminste, zolang de economische omgeving niet ál te slecht is. En zoals we al aanhaalden, gaat ons centrale scenario niet uit van een regelrechte wereldwijde recessie.
Waarom kopen we dan geen aandelen bij aan de lagere koersen?
Beleggers rekenden de afgelopen maanden op een ruimer geldbeleid (lagere rente) vanuit centrale banken om de afbrokkelende groei te parreren. De centrale banken kwamen tegemoet aan de wens van de financiële markten en dat gaf steun aan aandelenkoersen.
Vraag is echter of die steun in de toekomst voldoende stevig blijft als de economische groei verder aan glans verliest. We zouden liever zien dat de conjunctuur aantrekt. Dat zou een stevigere basis zijn voor aandelenkoersen dan enkel (het vooruitzicht op) een lagere rente.
Het politieke klimaat blijft turbulent. Wat het handelsconflict tussen de VS en China betreft, zegt het gezond verstand dat beide landen belang hebben bij een overeenkomst. Vanuit Trumps standpunt zegt ook de politieke logica dat. Zijn kansen op herverkiezing in 2020 zijn nu eenmaal groter bij hoge beursindices en een rustig economisch klimaat.
Toch kan een escalerende dynamiek op enig moment een eigen leven gaan leiden. Vooral als het de kant van een valuta-oorlog opgaat. In een dergelijk scenario kunnen we alsnog vervallen in een wereldwijde recessie. Voorzichtigheid blijft dus geboden.
Daarnaast zijn er nóg hete politieke hangijzers. Brexit of Italië zijn twee open deuren in dit verband.
Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot.
Hoofdeconoom